The Future

Vajon a hagyományos könyv iránti érdeklődés végleg megcsappan? És ez mit jelent reánk, (mű)fordítókra nézve? Visszafordíthatatlan ez a folyamat?

NL: 
Tijdens de Boekenweek 2011, die gisteren (27 maart) werd afgesloten, zijn minder boeken verkocht dan vorig jaar. Veel boekhandelaren zijn 10 procent onder het resultaat van 2010 gebleven, schrijft NRC Handelsblad vandaag. De economische crisis en de opkomst van internetboekhandels zorgen sowieso voor zware tijden voor de traditionele boekwinkel. Maar dat is niet de enige reden voor de daling, want ook bol.com verklaart: “We zijn wel gegroeid, maar minder dan in de andere weken van het jaar.” De tegenvallende omzet was vooral te wijten aan een lagere gemiddelde besteding en het fraaie weer van de afgelopen week, zo valt op te tekenen uit de reacties van twee boekhandels. (bron: nrcnext.nl)

 HU:
Az idén a holland Könyvhét kevesebbet jövedelmezett, mint 2010-ben. A tíz nap alatt (március 17-27) az eladott könyvekből származó bevétel sok könyvesboltban 10 százalékkal elmaradt a tavalyi eredményekhez képest. Ezt írja ma az NRC Handelsblad. Amúgy is nehéz időket élnek a hagyományos könyvesboltok, a gazdasági krízis és az internetáruházak miatt. De a bol.com, az egyik legnagyobb online könyvesbolt is kevesebb forgalomról számol be: “Nőtt a forgalom, de kevésbé, mint az év más heteiben.” A visszaeső vásárlási arány leginkább annak betudható, hogy általában kisebb összeget költöttek a vevő, valamint annak, hogy az elmúlt héten nagyon szép időnk volt, mondja a két megkérdezett bolttulajdonos. (Forrás: nrcnext.nl Ford: RHM)

Oppositiepers

“Zoekt de oppositie in de Kamer tot nog toe vruchteloos naar zulk een idé, daar buiten in de dagbladpers heeft dat zoeken geen beter resultaat opgeleverd. Door sedert het voorgaande jaar hare stem op ongehoorde wijze uit te zetten, heeft de oppositiepers hare natuurlijke stem verloren; door zonder matiging of zelfbeperking al hare grieven, de welgemeende en de gezochte, op de schromelijkste wijze te overdrijven, is overdrijving de wet van haar bestaan geworden, maar ook tevens de oorzaak van haar zeer geschokt krediet, zelfs bij de politieke geloofsgenooten. Zes of acht jaren geleden, waren hare aanvallen vrij wat geduchter dan thans; want zij had toen achter zich eene breede schaar van personen, die haar een onvoorwaarlijk vertrouwen schonken, terwijl er thans van dat ongerepte geloof nog maar zeer weinig is overgebleven.”  Bron: De Gids, 1870

Soms twijfel ik of een bepaald woord eigenlijk wel courant is in het Nederlands. Het klinkt alsóf het zou kunnen bestaan, maar wordt het ooit door iemand gebruikt?
Zo’n woord is oppositiepers. Het is een begrip dat in het Hongaars heel gebruikelijk is (ellenzéki sajtó), omdat de pers tot op de dag van vandaag verre van ideologisch neutraal is en ook nauwelijks pogingen doet om zelfs maar de schijn van politieke neutraliteit op te houden. In zo’n geval heb je dus een regeringspers en een oppositiepers. Ogenschijnlijk overzichtelijk, en dus simpel.
In Nederland worden deze woorden eigenlijk nauwelijks gebruikt. Tenzij…. in 1870! Bovenstaande oude tekst vond ik in de digitale bibliotheek der Nederlandse letteren. De DBNL levert vaak het bewijs dat een woord bestaat, of beter gezegd: bestond. Voor mij is dat soms genoeg.
Dat een verschijnsel op dit moment nauwelijks of niet bekend is in Nederland, hoeft wat mij betreft geen reden te zijn om een simpele letterlijke vertaling te vervangen door een ingewikkelde uitleg die uiteraard ‘onopvallend en soepel’ in de vertaalde tekst moet rollen.
Wat me verraste (verbijsterde? déjavude?) was het feit dat dit artikel uit De Gids van 1870 bijna precies dezelfde sfeer, argumenten en tijdschets biedt als de betreffende delen in de roman die ik vertaal. Hoe het politieke stelsel in zijn voegen kraakt en een nuchter debat nauwelijks mogelijk is.
Ooit wil ik het hele artikel naast de relevante delen uit mijn vertaling leggen. En misschien stel ik dan met zekerheid vast wat me nu al heel waarschijnlijk lijkt: dat de politieke cultuur (inclusief het politieke discours) net zo goed aan een soort mode onderhevig is.

Oppositiepers. Ik vind het best iets om weer te introduceren anno 2011.

Eén zin over tirannie

 

Waar tirannie is,
daar vindt men tirannie
die niet alleen in de geweerloop is
en niet alleen in de gevangenis

niet slechts in kamers voor verhoor
niet slechts in ‘t duister van de nacht
en niet in ‘t roepen van de wacht
tirannie is daar

niet slechts in kamers grauw-berookt
in vuur’ge aanklacht opgestookt
beklaagden brekend voor het tribunaal
gevangenen met morse-taal

niet slechts de rechter, koel, afzijdig,
met zijn oordeel: schuldig!
daar is tirannie
niet slechts in de soldaat op wacht

wanneer knallend  klinkt: geef acht!
of: vuur! of als de trommels slaan
de lijken weggesleept
een levensgrote kuil in gaan

en niet alleen om het geheim
van deuren half gesloten
die angstig verder open gaan
om nieuws dat fluisterend het huis in komt

de hand, die haastig voor de mond
tot stilte maant
ja tirannie is daar
niet slechts in ‘t strakke aangezicht

dat schijnbaar als een masker ligt
op de doodgezwegen gil
van wanhoop
en toch stil

stiller nog, door stomme tranen
die zich woeste wegen banen
uit pupillen die niets zien

daar is tirannie meer
dan de staande ovatie,
het eindeloos geklap
‘t gejuich en de felicitatie

waar tirannie is
daar is ook tirannie
in het apathische applaus
van verdoofd geraakte handen

hoorngeschal,
van hen die in de opera speelden
in leugentaal sprekende beelden
maar ook in kleuren en in zalen,

in ieder werk dat wordt gemaakt
al in de kwast die ‘t doek aanraakt;
niet slechts in het nachtelijk geraas
van zwarte auto’s, hun gesuis 

en in het weten
-wanneer ze stilstaan-
bij welk huis

 …etc

 want waar tirannie is
is alles tevergeefs,
hoe zeer ook oprecht
het lied, het vers, ja alles wat men zegt

want daar staat reeds de tirannie
aan uw geopend graf
u zult hem dienen, zelfs als as
en hij zal zeggen wie u was

 

Illyés Gyula: Egy mondat a zsarnokságról.
Vertaling: RR Hermán Mostert.
Eerder verschenen in Intensief Magazine, November 2003.

Fragment uit een gedicht dat de Hongaarse schrijver Gyula Illyés (1902-1983) schreef in 1950, toen het stalinisme Hongarije nog in zijn greep had en bijna op zijn hoogtepunt was. Tijdens de eerste dagen van de Hongaarse opstand in 1956 werd dit gedicht voor het eerst gepubliceerd. Na het neerslaan van de revolutie circuleerde het heel lang alleen in de vorm van illegale stencils en handgeschreven kopieën.

Akik mindig elkésnek

Mi mindig mindenről elkésünk,
Mi biztosan messziről jövünk,
Fáradt, szomoru a lépésünk.
Mi mindig mindenről elkésünk.

Meghalni se tudunk nyugodtan.
Amikor már megjön a Halál,
Lelkünk vörösen lángra lobban.
Meghalni se tudunk nyugodtan.

Mi mindig mindenről elkésünk,
Késő az álmunk, a sikerünk,
Révünk, nyugalmunk, ölelésünk.
Mi mindig mindenről elkésünk.

 

Ady Endre:  Akik mindig elkésnek
Vér és Arany (1907). Ady Endre összes versei. Osiris Kiadó:  Budapest, 2006.